8.1 Nieuw Zeeland trip deel 1

22 juni 2015 - Sydney, Australië

Hier komt het dan… Het grote Nieuw Zeeland verhaal met de vele foto’s! En om het een beetje begrijpelijk te houden een toffe google-maps-link waarop onze belangrijkste stops staan aangeduid:

https://www.google.com/maps/d/edit?mid=z4UFQpVGOFqk.kCdYW3adGxhQ&usp=sharing

Maar omdat het een belachelijk lang verhaal is geworden (en er enorm veel foto’s zijn om te sorteren) toch besloten om het in episodes te posten; deze eerste keer van 8 mei tot en met 12 mei. Ondanks dat waarschuw ik toch (mede voor de foto’s); neem de tijd! De draad wordt weer opgepakt op vrijdag 8 mei. Zoals ik al een keer zei ben ik met Kimberly en een vriendin van haar de taxi ingestapt. We zijn eerst gestopt bij het Domestic Airport en daarna ben ik in mijn privé-taxi doorgereden naar het International Airport. Daar rustig de tijd gehad om nog even wat te eten en te drinken en met nog een uurtje ofzo te gaan dacht ik toch maar vast door de douane te gaan, ik wilde immers ook nog wat lekkers kopen in het tax-free gedeelte natuurlijk. Helaas duurde de douane maar ellendig lang en laat er dan natuurlijk net een sukkel voor me staan die zijn zaken niet goed op orde had… Dus toch een beetje staan stressen, maar gelukkig kon ik zelf wel makkelijk door de douane heen. Snel langs de drankafdeling gerend en een fles likeur 43 ingeslagen en daarna nog wat om te snoepen; ik was klaar voor de vlucht! Half rennend aangekomen bij de gate om daar nog rustig een kwartiertje te moeten wachten… Maar om 19u40 was het zover en stegen we op om naar Christchurch te vliegen, jee!

 

De vlucht zelf ging erg soepel en voorspoedig en al ruim voor de geplande aankomst in Christchurch stond ik al met mijn koffer in de hal te wachten op Esther (oh en met naast mijn likeur 43 uit Sydney ook nog een grote fles Baileys aangeschaft in Christchurch haha). Helaas deed mijn simkaart het daar blijkbaar niet, maar het geluk was deze keer met ons: Esther had al 2 uur op de parkeerplaats staan wachten en liep op precies het goede moment de hal in. Even een echt Robert ten Brink momentje: Esther rende op me af en vloog me in de armen; aaahwn! We zijn snel terug naar de auto gelopen en waren snel genoeg om niet te hoeven betalen; hoppa Hollanders zijn al helemaal in hun element! Op naar camping 1; Coes Ford (tussen Leeston en Lincoln, zuid van Christchurch); een prima grasveld met een behoorlijk netjes sanitairblok. Gewone doorspoeltoiletten, ruime wasbak, niks te klagen. Daar hebben we geklest – en gezopen :) – tot 4u15 am om daarna als een blok in slaap te vallen.

 

Zaterdag 9 mei

We zijn rustig opgestaan en zijn direct doorgereden naar Christchurch om daar maar te ontbijten. Onze eerste indruk was dat Christchurch grote chaos is. Mooi/nieuw en lelijk/oud/vervallen wisselden elkaar enorm snel af, er werd overal gebouwd en we hebben flink wat rondjes gereden om de juiste ingang van de juiste parkeerplaats te vinden (al die verdomde een-richtingswegen…). Overal kon je kunst (en kitsch haha) zien in de stad; dan mochten veel gebouwen nog ruïnes zijn, maar er stond al wel een grote muurschildering op ofzo. Ook was er een vervallen kerk met een speciaal kijk-huisje, want dat is wat toeristen willen zien in Christchurch…? Maar we waren nog steeds op zoek naar ontbijt. En door gebrek aan restaurant was het tegen de tijd dat we iets vonden lunch geworden (bijna diner). Wel lekker (luxe) gegeten dus met frisse moed verder. We hebben even door Restart gelopen; het stukje centrum dat wél weer een beetje normaal is opgebouwd. Een heel klein beetje dan. Want Restart was niet veel meer als een hele reeks (vooral vrolijk gekleurde) containers op en naast elkaar met daarin dan winkeltjes gevestigd. Achter Restart lag dan nog wel een winkelcentrumpje ofzo (soort van V&D) dat open was, maar dat was dan ook ongeveer alles. Wel hebben we in Restart een vogelboek kunnen scoren; Eline happyyyyy! Uiteindelijk heb ik mooi het vogelboekje ingevuld met welke vogels we gezien hebben; zeer tof en vooral omdat we een hele wijde range van Nieuw Zeeland hebben gezien, dus de variatie in gespotte vogels was super! We hebben de hele middag zo’n beetje in Christchurch rondgelopen, grotendeels op zoek naar het échte winkelcentrum (want de fake-V&D had niet veel meer dan kleren, parfum en make-up). Uiteindelijk hebben we een stukje verder moeten rijden om een serieus winkelcentrum tegen te komen waar we voor mij een simkaart hebben kunnen vinden; jeee! Daarna hebben de zo’n beetje de halve avond in de supermarkt gespendeerd en eenmaal bij de kassa besloten dat we echt niet meer gingen koken vandaag. Dus maar lekker brood en lekkere dip gehaald en op naar camping 2; Side Road (in Lincoln, de namen komen van de app Wikicamps, dus of het een echte kampeerplek was? Vast niet…). We stonden er echt gewoon langs de kant van een zijstraatje van de hoofdweg van Lincoln, tegenover een stel rijtjeshuizen (het leek ons echt een achterbuurtje) en blijkbaar pal naast het ‘uitgaansleven’ in Lincoln (voor zover dat bestaat). Luidruchtige jongeren die een beetje half gingen strippen 20 meter verder en maar schreeuwen en zuipen terwijl wij probeerden te genieten van ons likeurtje. Uiteindelijk kwam de zuipbus (volgens Esther waarschijnlijk de bus die ze naar Christchurch zou brengen) voor ons staan en begonnen de jongeren op de bus te rammen en te doen… We hoopten maar dat ze ons/onze auto zouden negeren. Met een klein beetje een bang hart maar gaan slapen, deze keer iets eerder rond 22u. :)

 

Zondag 10 mei

We zijn op tijd opgestaan en begonnen met koffie zetten voordat we naar Orana Wildlife Park zouden gaan; mijn stagebegeleidster van Taronga Zoo had wat mailtjes gestuurd en geregeld dat we daar langs mochten gaan. Natuurlijk een heel klein beetje een goede indruk maken dus ik heb die ochtend mijn haren gewassen onder een kutkraantje in een miniwasbak; niet ideaal. 400 meter voordat we bij Orana Wildlife Park waren gestopt en verder ontbeten om uiteindelijk 5 minuten voor openingstijd binnen te zijn. We moesten even aangeven wie we waren en werden daarna al snel onthaald door de hoofddierverzorger van de exotische dieren; Rob. Hij zou ons een rondleiding geven en daarna konden we dan nog zelf even rondlopen. Het was duidelijk dat hij 1 ding specifiek graag aan ons wilde laten zien; een nieuw gebouw/verblijf dat net (bijna) klaar was om orang-oetans te huisvesten en om de állereerste gorilla’s van Nieuw Zeeland te mogen huisvesten, drie keer raden waar de gorilla’s vandaan zouden komen? Juistem; Taronga Zoo (en Mogo Zoo, maar vooruit). Het was echt wel gaaf om te zien hoe modern alles was. Er was goed nagedacht en afgekeken van andere dierentuinen hoe een soort ideaal mensapen-verblijf er voor beide soorten uit zou moeten zien. Zo zaten er een hoop technische snufjes aan en alles was hydraulisch aangestuurd. Zo was er een tunnel om de gorilla’s van het ene naar het andere verblijf te krijgen en om ruimte te besparen kon de tunnel omhoog of omlaag gehaald worden. Wanneer de tunnel niet correct voor de sluizen stond konden de sluizen niet open, smaaaart! En mochten er dieren ontsnappen zouden de deuren naar de bezoekers-gedeelten automatisch vergrendelen en met 1 sweep van een magneetkaart van een verzorger opengemaakt kunnen worden om snel te kunnen ontsnappen. Klinkt allemaal erg gezellig om te praten over dit soort horror-situaties, maar beter goed voorbereid mocht het ooit toch gebeuren. Ook hebben ze een soort dierenartsen-ruimte in dit verblijf gemaakt en hangen er óveral camera’s om zowel dier als bezoeker in de gaten te kunnen houden. Echt een waanzinnig gaaf gebouw en voor zover ik me kan herinneren heeft het volgens mij nog geen 20% gekost van wat een verblijf als dit in bijvoorbeeld Sydney zou kosten. Natuurlijk is alles in Sydney wat duurder, maar ze hebben in Orana goede contacten gelegd met bouwbedrijven en een héle nette prijs kunnen afspreken. Echt supergaaf om te horen allemaal! Daarna heeft Rob ons meegenomen voor het hoogtepunt van onze dag; knuffelen met de drie baby-cheeta’s (6 maanden oud). Dit was dus een niet-voor-bezoekers activiteit waar we echt enorm van hebben genoten. Het was zo gaaf (en een beetje eng) om met die grote katten te kunnen spelen. Het waren echt net puppies; spelen en kattenkwaad (pun intended) uithalen (je moest echt je rug in de gaten houden want ze vonden het heerlijk om je van achteren te besluipen) en ze werden behoorlijk goed opgevoed; als ze dan eens uithaalden of je probeerde te pakken kregen ze een standje. En ze luisterden ernaar joh! Je zag echt aan die ondeugende ogen dat ze iets van plan waren en als je ze dan even streng aankeek dan gingen ze op hun zij liggen en een beetje in de lucht kijken; die rotzakken wisten precies wat ze wel en niet mochten, maar vonden het geweldig om je uit te dagen en te testen. Waanzinnig gaaf om die beesten van zo dichtbij mee te maken.

 

Even een klein side-story; sowieso kun je in Nieuw Zeeland (maar ook in Australië) veel dieren-encounters kopen in dierentuinen. Zo kun je in Taronga Zoo bijvoorbeeld tegen betaling giraffen voeren en op de foto met een koala. In andere dierentuinen kun je aapjes voeren en soms zelfs een koala vasthouden. In Orana Wildlife Park kon je in een kooi achter op een auto het leeuwenverblijf in om ze te voeren… Maar wat blijkbaar ook een groot ding is; cheeta-encounters. Ik ben hier op het ZAA-kantoor eens over begonnen want voor mij is het best een shocker dat ze bezoekers standaard bij de cheeta’s laten (ik negeer even het feit dat sommige dierentuinen aanbieden om op de foto te gaan met een tijger). Van de Olmense Zoo (mijn eerste dierentuin-stage, als dierverzorger) kan ik me herinneren dat er jaren eerder cheeta’s waren. Dat de verzorgers daar bij veel dieren in het hok gingen; ok moeten ze lekker zelf weten. Maar er was een vrouw die de cheeta’s daar had ‘geadopteerd’ (in dierentuin termen; een bedrag per jaar betalen en dan wat extra privileges en informatie krijgen) en blijkbaar weleens met verzorgers het hok in is geweest. Maar op een dag had ze sleutels bemachtigd en is ze in haar eentje het verblijf ingegaan; een paar uur later is ze door een verzorger dood in het verblijf aangetroffen. Dat was een extra argument voor mij om maar aan te nemen dat cheeta’s gewoon grote katten zijn en net zo gevaarlijk als ieder ander. Maar blijkbaar is dat dus niet (algemeen) zo. Hier in Oceanië speelt het nogal, misschien ook in Amerika ofzo, maar van Europa kan ik het mij echt niet herinneren. Blijkbaar is er discussie of de cheeta wel een echte grote katachtige is; het dier is een stuk slanker, minder krachtig en vooral; minder agressief. Een cheeta zal bijna altijd kiezen voor vluchten en is daarom niet te vergelijken met een leeuw of tijger. Waar deze ‘echte grote katten’ geclassificeerd staan als ‘lethal’ komt de cheeta weg met ‘hazardous’. Say whut?? Ik vind het echt lastig geloven, maar een meer geaccepteerde mening over de cheeta is dus dat het een soort katachtige hond is; goed te trainen, goed in bedwang te houden, fysiek nauwelijks in staat om iemand echt te doden en instinctief niet direct gevaarlijk. Dus mits enigszins goed opgevoed is er weinig gevaarlijkers aan een cheeta dan aan een grote hond. In New South Wales is het wel verboden om bezoekers met een cheeta in het verblijf te laten, maar dat is enkel vanwege de strenge regels van NSW; 1 ervan zijnde dat bezoekers niet bij carnivoren mogen die meer wegen dan 20 kilogram. Maar dus nogmaals; alle mensen van het ZAA-kantoor zien het probleem niet echt van mensen bij cheeta’s laten, dus echt even iets waar ik aan moet leren wennen. Wat dan wel een big issue was laatst; de helmcasuaris. Deze lompe grote vogel is dus wél dodelijk en hier moet je echt geen bezoekers bij willen. Ok, qua instinct is deze vogel echt agressief en ook in het wild wil deze vogel weleens ‘zomaar’ een mens aanvallen (en zelfs doden). Maar nogmaals, try to wrap your head around it; bezoekers bij een cheetah? Natuurlijk, niks mis mee. Bezoekers bij een grote vogel? Levensgevaarlijk! Deze discussie blijft maar door mijn hoofd spoken dus ik hoop dat ik jullie hersenen ook even heb laten kraken. Dan kan ik nu weer dit zijstraatje verlaten en terug gaan naar Nieuw Zeeland…

 

Rob heeft ons verder rondgeleid en uitleg gegeven over een hoop dingen (zoals het enorme verblijf van de Tasmaanse duivels; in meerdere perken met verschillende dieren en dan twee broertjes bij elkaar enzo, heel grappig om te horen!) waarna we afscheid namen en zelf nog verder zijn gelopen. We hebben nog een aantal publiekelijke praatjes/activiteiten gedaan; zo hebben we de kiwi-babbel gevolgd, de Tasmaanse duivel-babbel gevolgd, giraffen gevoerd (jee!) en op een meter afstand de white rhino’s in voedermoment gezien. En daarna kwam mijn ultieme Oceanië-topper-moment; spelen met (of beter gezegd; als speeltuin dienen voor) kea’s! Echt wat een super duper gave ervaring was dat zeg! De kea’s zaten gezellig samen een doos te slopen en ik ging op mijn hurken zitten om even wat toffe foto´s te kunnen maken. 1 grapjas kwam op me af en begon aan mijn schoen te knabbelen en al snel volgden twee vriendjes. Uiteindelijk kropen ze alle drie op en over me heen, zaten ze te knabbelen aan mijn schoenen, te bijten in mijn kleren (paar draadjes van mijn broek los en twee gaatjes in mijn shirtje; ik had het er graag voor over!)… Echt ik smolt en was verliefd. Ik weet niet hoe, wanneer, van waar, whatever, maar ooit wil ik een paar van die vogels thuis hebben (of in de dierentuin waar ik dan werk…). Met nog een warm hart en een big big smile op mijn gezicht de rest van de dierentuin nog doorgelopen en om 16u nog even Rob gedag gezegd en op naar de supermarkt. In het allerlaatste daglicht hebben we langs de kant van de weg nog ergens gekookt en gegeten en toen op naar onze 3e camping; Lakeside Domain (West van Lake Ellesmere) (ja ik zie ook op de kaart hoe onlogisch onze route leek, steeds op en neer van Noord naar Zuid en weer terug, maar we gingen wel alleen voor de gratis-campings, dus moesten we af en toe nogal wat stukken rijden). Helaas was het toiletblok gesloten en stonden er dixies op ons te wachten… Bummer! Maar het was een behoorlijk groot terrein met achter de kampeer-veldjes nog een soort achterweggetje richting wat vissersplekjes. Er stonden erg weinig mensen, maar er waren genoeg vliegen en muggen… Gelukkig hadden we een auto met gesloten deuren in plaats van een tent. Maar met die weinige mensen en die vele ruimte beschikbaar leek dit mij wel het ideale moment en de ideale plaats om eens achter het stuur te kruipen! De auto was een automaat en stuur aan verkeerde kant en alles; dus het leek mij veiliger om het niet direct te proberen op de weg. Het ging echt stukken beter dan verwacht en we zijn richting de vissersplekjes gereden (ik vergeet even bewust dat ik 1 of 2 keer de koppeling probeerde in te trappen en we een soort noodstop maakten…). Het terrein werd steeds ruiger en uit angst om ons een paar meter later vast te rijden in de modder zijn de gestopt om eerst even het terrein te verkennen en we besloten om in zijn achteruit terug te rijden. Helaas ging dat niet meer… En vooruit ging ook niet meer… en fuck we stonden vast. Even aangeprutst met Esther (met haar 4x4 ervaring) achter het stuur en Eline (met haar… nevermind) duwend tegen de auto, maar er was geen beweging in te krijgen. Beetje paniek bij Esther, maar bij mij vooral humor en zin om die paar mensen op de camping lastig te vallen met dit hilarische verhaal. Dus terug naar de camping en richting een gypsy-caravan met een ‘waakhond’ ervoor. Met twee mannen en een Duits meisje erbij, met Esther achter het stuur (‘as the most experienced driver’) nog eens geprobeerd gas te geven met geduw en wat instructies van een van de kerels kwamen we weer vrij, jeee! Onze bedank-budget-koekjes hoefden ze niet dus die konden we nog lekker zelf opeten. Ik nagenietend en Esther bijkomend van de schrik wilden we nog even genieten van een drankje met uitzicht over het meer. En wat bleek? De hele auto zat vol met vieze muggen/sand flies (het verschil kon/kan ik niet zien hoor…), he bah! We hadden natuurlijk de ramen open tijdens onze reddingsactie van de vastgelopen auto, dus al die rotzakken zijn snel naar binnen gekomen. Toen kwam de ‘paniek’ bij mij (ik hou niet niet niet niet van die vieze smerige kleine stekende kruipers) dus met een zakdoekje binnen een paar minuten een stuk of 10 beesten geplet. Gedurende de avond bleven we maar muggen tegenkomen dus ik bleef maar pletten; ik had geen zin om mijn bloed met ze te delen in de nacht. Aan het einde van de avond zagen we ineens een motje; die moet zich goed verstopt hebben tijdens de muggen-plet-sessies. Dus hypocriet-Eline aan het werk; na minimaal 20 muggen moordlustig om het leven te hebben gebracht heb ik een paar minuten achter een motje aangejaagd om het dier enigszins veilig te vangen en weer buiten te laten. Verschil moet er wezen. Hopend dat we alle muggen wel geplet hadden toch maar gaan slapen na onze lange en vermoeiende dag…

 

Maandag 11 mei

De camping lag echt best op een mooie locatie en had nog wat handigheidjes; terwijl ik koffie-duty had kon Esther mooi haar haren wassen onder een kraantje dat buiten hing. De brain-freeze negerende was het een prima locatie daarvoor! Ik ben gaan rijden en eigenlijk heb ik Esther sindsdien gedurende de rest van de reis nauwelijks meer achter het stuur gelaten; ik had er dikke lol in! We hebben ons daarna urenlang vermaakt met vogels spotten; ik was zooo blij met mijn nieuwe boek en met mijn verrekijker. We bleven 1 vogelsoort echt tot vervelens toe zien, alle tekenen wezen op kingfisher, maar de kleur steeds maar niet. Na lang wikken en wegen en bekijken en later nog op internet zoeken toch aangenomen dat het de New Zealand Kingfisher was, toen we het dier later nog 1000 keer tegenkwamen hebben we het ook een paar keer gezien in goed licht; de juiste kleuren waren aanwezig dus jeeee toch juist geïdentificeerd als kingfisher. Tot aan Rakaia hebben we een beetje gezigzagd op de kleine landwegen en hierna zijn we langs de rivier landinwaarts gereden. Langs de rivier ergens gestopt op een soort bouwplaats voor de lunch. Ging prima, maar toen we bijna klaar waren moesten we even een stukje opschuiven om een dikke graafmachine erlangs te laten… We wilden net weer verder rijden toen ik een ring was kwijtgeraakt; jammer maar helaas, was nergens te vinden dus maar weer door. Via de Scenic Inland Route (langs Mount Somers) naar Geraldine gereden waar ik blijkbaar een heftige bocht maakte en ik (echt waar) een kettinkje kwijtraakte dat op het dashboard lag. Onze theorie was dat de ketting het ventilatie-rooster van de auto was ingeschoven; fuuuck. Dus omgedraaid en naar een automonteur, maar na wat kijken en prutsen met een magneetje was de enige optie nog om voor honderden dollars het hele dashboard eruit te slopen, dat was het toch niet echt waard helaas. Natuurlijk zijn we ook een beetje uitgelachen door de mannen, fijn voor hun dat zij er plezier in hadden. We zijn maar verder gereden en gedurende het ‘vergeet-proces’ nog bedacht dat het kettinkje misschien bij het stuur in het dashboard was gegleden, dus nog een klein beetje hoop. In het donker kwamen we aan bij Lake Tekapo waar bleek dat we niet zo goed op de app hadden gekeken voor een camping…; 1 camping bleek niet te bestaan, een tweede was enkel voor self-contained vehicles en weer een ander zou 50 kilometer verder liggen. We hebben nog wat picknick plekken en public toilets bezocht, maar er stond overal erg duidelijk dat het verboden was om daar te kamperen. Het werd behoorlijk laat en het regende pijpenstelen dus besloten om maar naar een betaalde camping bij Lake Alexandrina te rijden (beter betalen voor een camping dan een boete van 200 dollar te riskeren). Deze camping (nummer 4) bereikten we na een ellenlang stuk over een gravelroad in het midden van helemaal niks. Het was echt pikkendonker dus we konden niets herkennen van aangeduide plaatsen. Het enige dat we konden zien (en een beetje zijn gaan onderzoeken met onze zaklamp) waren wat verlaten donkere caravans, toilet-hokjes en ‘douches’ (een hok waar je je eigen douche-zak kon ophangen als je een zak en water had…). Het was behoorlijk creepy om daar rond te lopen, dus de afspraak gemaakt dat we niet alleen naar het toilet zouden gaan hihi. En heel charmant zaklamp-houder gespeeld voor elkaar, zodat we niet in het donker op het toilet hoefden te zitten; schaamte bestaat niet als je samen in een auto leeft. Er stond een ‘honesty-box’ waar je 20 dollar in een envelopje in moest gooien, maar na overleg en het op een rijtje zetten van excuusjes besloten om niet te betalen. Waarvoor zouden we anders betalen? Voor de graspol waar de auto op stond? (oooh bad girls on the loose) We zaten in het Aoraki Dark Sky Reserve; de best bereikbare plaats ter wereld met heel weinig lichtvervuiling, dus het was er echt waanzinnig gaaf om sterren te kijken. En we leken er wel helemaal alleen te zijn, ondanks dat we dus best veel caravans en huisjes konden zien (al zag alles er enorm afgeleefd en creepy uit). We besloten maar wat fun te hebben in het donker waar toch niemand was en zijn ‘star-gazing pictures’ gaan maken (zoals op Facebook voorbij is gekomen). Terwijl we daarmee bezig waren zagen we ineens een vallende ster, gaaf! Maar sowieso vet om de sterren en de melkweg te kunnen zien in de hemel. Dus onder een echte sterrendeken gaan slapen.

 

Dinsdag 12 mei

Vroeg opgestaan om te voorkomen dat we toch een ranger tegen het lijf zouden lopen en in het ochtendlicht zagen we dat we op een soort visserscamping zaten. Maar in dit nazeisoen was het er helemaal verlaten. Wel echt grappig; zodra we wakker werden zagen we dat we echt suuuperdichtbij Lake Alexandrina stonden, dus nog even genoten van het mooie uitzicht met het meer en de bergen. Snel de camping verlaten en pas bij Lake Tekapo ontbeten om daarna langs de Oostkant van het meer richting het Noorden te rijden en bij het meer ergens gelunched, daarna weer omgedraaid en terug naar het Zuiden gereden; we wilden vooral gewoon even mooi uitzicht hebben over het meer de bergen daarachter. Het mooie uitzicht hebben we gekregen; helaas wel met regen en wind… We zijn op de terugweg nog even gestopt bij de Church of the Good Shepherd met een grappig honden-standbeeld; veeeel te toeristisch. Onderweg in Tekapo hadden we boodschappen gedaan bij het ‘centrum’. Een zijpaadje parallel aan de hoofdweg met een stuk of 10 winkeltjes en een public toilet. We hebben overigens wel goed gebruik gemaakt van dat centrumpje… Afwas gedaan bij de toiletten, een keer of 3 de winkels afgelopen om te zien wat we waar wilden kopen, dus ze zullen ons vast herkend hebben uiteindelijk haha. We wilden nog gaan paardrijden of wandelen daar, maar het weer was echt heel slecht dus maar naar Lake Pukaki gereden. Het was een erg mooie rit met erg mooi uitzicht over het meer en we hebben ook Mount Cook al kunnen zien; de hoogste berg van Nieuw Zeeland. Daar geslapen bij Lake Pukaki Camping (nummer 5; Zuid van Lake Pukaki) waar het wel echt erg koud was en er een long-drop toilet stond in het midden van een heuveltje op een open plekje in het bos, klinkt dat niet aantrekkelijk? Er werd een Fransman gedropt door een auto en hij stond een beetje verloren kou te lijden, dus een gesprekje aangeknoopt en uiteindelijk onze soep en drank met hem gedeeld (och we waren zo lief). Wij maakten ons al zorgen over het slapen in de auto maar de hitchhiking Fransman moest in een tentje liggen; better him than us. 

 

Dat was het al voor deze keer; teveel foto's om nog meer dagen in dit verhaal te stoppen... Vergeet vooral niet om het filmpje te bekijken van de spelende kea's! Te schattig voor woorden. 

3 Reacties

  1. Marianne:
    22 juni 2015
    Hoi Eline,heb me weer kostelijk vermaakt met jullie belevenissen.Foto's ga ik straks bekijken.Zelf hebben wij in Zuid Afrika met cheeta's geknuffeld.Wij bleven op onze hoede!!zijn en blijven roofdieren.xxx Huub en Marianne.
  2. Marleen:
    22 juni 2015
    Alweer heerlijk om te lezen!

    Als ik het verhaal van de knuffelbare cheeta's zo hoor dan moet ik denken aan die ene ontsnapte cheeta in Planckendael. Er stonden een paar lekkere verzorgers in de buurt maar ook dat beestje wou niets liever als terug zijn verblijf in... Als het een leeuw was geweest, hadden ze toen ook niet eens geprobeerd om het beestje terug naar binnen te loodsen maar bij de cheeta dus wel. Dus misschien zijn ze inderdaad wel "minder gevaarlijk".
    Al vind ik het toch moeilijk kiezen... een encounter met een cheeta of met een helmcasuaris... mmmmm... even over nadenken. ;-)

    Die neushoorns... wat zijn het toch prachtige dieren!! Duimen dat er over een paar maanden ook zo'n schattig kleintje rondloopt in Planckendael...
    En jaaaa...de kea's... foto's en filmpje zeggen meer dan genoeg. Moooooi en geweldig om naar te kijken.

    Ok, ik ben klaar voor deel 2. :-)

    Leen
    xxx

    (oh, dat schaap heeft toch echt nog mooi geposeerd...)
  3. Peter van Grinsven:
    30 juni 2015
    Net terug van een super vakantie in Macedonië begin ik te lezen....Prachtig allemaal, ga nu door naar verhaal 2...